12. Parkheide
Zoals uit de naam 'Parkheyde' af te leiden valt, hoorde dit domein toe aan de abdij van Park in Heverlee. Rond 1152 schonk Arnold, graaf van Aarschot, 42 ha gronden gelegen in het gehucht veldonk onder de parochie werchter aan de Abdij van Middelburg in Zeeland (Nederland). Ongeveer 40 hectare waren gelegen onder Baal en Betekom. De meeste gronden lagen in de vallei van de Laak en waren zeer vruchtbaar zodat de Norbertijnen van Middelburg onmiddellijk begonnen met het in cultuur brengen van deze gronden. Zij richtten er een nieuwe hoeve op en een watermolen. De uitbating gebeurde door lekenbroeders. In 1156 verkoopt de abdij van Middelburg het hele domein van de hoeve van Veldonk aan hun zusterabdij van 't Park in Heverlee. waarschijnlijk zorgde de verre afstand tussen Middelburg en Veldonk voor te veel problemen bij de uitbating.
Vanaf de veertiende eeuw werd de hoeve vooral verhuurd aan Mechelse beenbouwers en veehandelaars. Vandaar de oorspronkelijke naam van Parkheide: Vleeshouwersheide.
Tijdens de godsdiensttroebelen op het einde van de zestiende eeuw brandde de hoeve en de watermolen volledig af. De hoeve werd direct hersteld, de watermolen werd pas herbouwd bij het begin van de negentiende eeuw. Op 18 februari 1804 geeft Napoleon Bonaparte in zijn bevoegdheid van Eerste Consul van de republiek toelating tot het herbouwen van de watermolen.
Op het einde van de achttiende eeuw werd het hele domein van Veldonkhoeve in verschillende loten als zogezegd 'zwart goed' verkocht door de Fransen. De kopers waren de gebroeders Van der Belen uit Leuven. Op 21 februari 1974 zal de toenmalige Commissie van Openbare Onderstand van de gemeente Baal het domein aankopen van de erfgenamen van Henri Verbois voor de 1 250 000 frank. In vergelijking met de huidige grondprijzen is dit een zeer nuttige investering geweest van de gemeente Baal.
Vandaag vormt Parkheide een vrijetijdsdomein met wandelbos, tennisterreinen, multisportterrein, hondenlosloopweide, jogparcours, speeltuin en brasserie met terras.